De lucht is de tweede dag strakblauw. Frans lijkt gelukkig weer hersteld en we zijn allemaal helemaal klaar om op pad te gaan. Hoewel het vaak moeilijk verkeerd lopen is in het fantastisch bewegwijzerde Oostenrijk, lopen we direct de verkeerde kant op. Gelukkig is Anke oplettend en sprint ze na een kwartier lopen terug naar de hut om toch maar even de weg te vragen. Vermoedelijk leunde iemand niet zo lang geleden tegen het wegwijzerbordje, want die bleek inderdaad gedraaid te zijn en ons de verkeerde kant op te sturen. Terug bij de hut wees het bordje in ieder geval weer een andere, en wel goede, kant op. Allee, we konden dan dus echt op pad.
Dag 2 was meteen al het echte werk. Niks inlopen, nog wat wennen of meer van dat. Deze dag was volgens het boekje, -dat we pas op dag 1 in handen kregen-, anspruchvoll.
Het bleek inderdaad een best pittige, maar vooral ook prachtige tocht van zo'n 6 à 7 uur over de route 621 met 1180 meter stijgen en 1300 meter dalen en regelmatig een stukje klauteren en over geröll.
Zoals gezegd, de tocht was prachtig en dat klauteren was vooral erg leuk. De weersomstandigheden waren zo perfect dat je prima omhoog en omlaag kon zonder de staalkabels zelfs nodig te hebben. Zelfs Christiaan die een slechtzittende, veel te grote, rugzak droeg, had zichtbaar plezier.
Echter het laatste deel van de tocht hadden Anke en ik het toch wel wat zwaar. Het pad liep grotendeels langs de helling over flink losliggend puin. Op zo'n tweede dag wanneer je nog moet wennen aan het houden van je evenwicht en je benen behoorlijk stijf zijn van de eerste dag met rugzak omhoog stiefelen valt het niet altijd mee om rechtop te blijven lopen. Ook de afstand deze dag was niet gering en vroeg misschien toch om iets meer pauzes met snacks en/of lunch dan we onszelf toestonden.
Gelukkig haalden we allemaal de Hanauerhütte waar we ons konden laven aan bier en heerlijk eten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten